Het verhaal van Karin (Mantelzorg, deel 2)
Voor Karin is het een stuk moeilijker om haar verhaal te vertellen. Met name ook omdat haar geheugen af en toe niet mee wil werken. Maar ze heeft veel opgeschreven gedurende al die jaren en nog steeds schrijft ze elke dag in haar agenda wat er gaat gebeuren of wat er is gebeurd. Dat geeft haar houvast. Het emotioneert haar als ze het verhaal van Marinus, hun levensverhaal, leest. En dan begint ze zelf voorzichtig te vertellen.
“Het is moeilijk om zolang verzorgd te moeten worden. Al tweeëndertig jaar nu. Ik was altijd een zelfstandige vrouw en dan, van de ene op de andere dag, werd ik afhankelijk. Met alles. Toen het net gebeurd was schaamde ik me heel erg. Ik schaamde me voor wat me was overkomen. Wat moest een ander wel niet van me denken? Ik durfde niemand meer onder ogen te komen. Dat had ik voor die tijd nooit. Ook had ik mijn emoties niet meer onder controle. Als ik iemand zag kon ik alleen maar heel erg huilen of heel hard lachen. Maar dan ook zo erg dat ik niet meer op kon houden met huilen of lachen. Ik begreep helemaal niets meer van mezelf en daar schaamde ik me dan weer voor. Het is heel gek, nu kan ik niet meer huilen. Mijn ogen worden nog wel nat, maar huilen, nee, dat kan ik niet meer.
Wat zouden de mensen dan wel niet van mij denken
In Beatrixoord had ik opnieuw leren fietsen. Wat vond ik het geweldig dat ik weer kon fietsen. Maar al snel bleek dat het toch lastiger was dan ik dacht. Marinus had een beugel gemaakt op de pedaal waar ik mijn slechte voet in kon zetten zodat hij er niet afgleed. Maar toch ben ik een aantal keren gevallen. Ik werd bang. Ik kreeg nachtmerries dat ik in de Ebbingestraat fietste, viel en dat er op dat moment een bus aan kwam. Toen durfde ik niet meer. Ik wilde geen driewieler, want wat zouden de mensen dan wel niet van mij denken.
Later heb ik nog eens een paar rondjes gefietst op het kinderfietsje van de dochter van mijn zus. Ik kon mijn voeten op de grond houden. Het was geweldig. Het voelde als een kermisritje.
In het begin was Marinus veel weg. Hij had natuurlijk zijn werk maar in het weekend was hij scheidsrechter bij de voetbal. Dan voelde ik me vaak alleen. Hij kocht een motor en wilde dat ik met hem meeging. We hebben samen eerst thuis geoefend hoe ik met hem door de bochten moest gaan. Ik ben een paar keer met hem mee geweest maar het was geen succes. Ik vond het doodeng.
Het geeft me een gevoel van vrijheid
Heel lang kon ik nog wel zelfstandig lopen maar op lange afstanden werd het een probleem. Toen kreeg ik een rollator en daarna ook een scootmobiel. Dat voelt goed. Het geeft me een gevoel van vrijheid. De laatste jaren ben ik heel hard achteruit gegaan. Het liefste blijf ik nu thuis. Beetje puzzelen en wat lezen. Maar als we samen weggaan vind ik alles leuk en fijn. Graag wil ik nog een keer vliegen naar de zon. En dat gaat binnenkort ook gebeuren. De mobiele scootmobiel kan mee.
Soms denk ik aan euthanasie. Dan ben ik er wel klaar mee. Maar een dag later denk ik er weer anders over. Misschien moet ik het toch een keer met de dokter bespreken.
Ach, het leven gaat niet altijd over rozen. Maar ik ben nog altijd gelukkig met mijn man.”
Noot: Tussen de interviews door heeft Karin voor de derde keer een herseninfarct gekregen. Ze heeft drie dagen in het ziekenhuis gelegen. Maar inmiddels is ze weer thuis. Het gaat goed met haar!